Op zoek naar mijn assertieve zelf

Het wordt een beetje jammer als alledaagse klusjes een enorme uitdaging beginnen te worden. Heb je mij al eens om een tros bananen zien vragen op de markt? Heel onwaarschijnlijk want er kruipen eerst minimaal 5 mensen voor voordat ik überhaupt een bestelling kan doen en daadwerkelijk die bananen meekrijg. Negen van die tien keer zijn het ook nog eens schreeuwende Duitsers die zich met afgepast geld naar de voorgrond wurmen en daardoor alles meekrijgen wat ze roepen. Bij gebrek aan volume en vooral de Duitse taal laat ik het vaak maar gebeuren.

Daar sta ik dan niet assertief te zijn. Ik denk ook dat het marktpersoneel mij gewoon niet opmerkt. Ik zwaai niet wild met m’n armen door de lucht, ik schreeuw niet om een bakje aardbeien en hang niet half in de kroppen sla om mijn bestelling door te duwen.

 

Maar met die houding krijg ik ook geen bananen. Het is heel simpel om even te zeggen dat ik eerder in de rij stond en dus graag nu mijn fruit wil kopen. Maar in mijn verlegen hoofd gaat dat zo: Oké, ik ga hierna wel. Of misschien daarna. Oké, ik wacht wel even tot die 33 mensen hun fruit hebben. En dán ga ik.

ZO WERKT HET NIET EVELIEN. Zo loop je altijd achter de bananen feiten aan.

frietje

 

Denkende dat ik de enige op de wereld ben met dit probleem, bewees mijn lieve vriend anders. Ik heb hem in actie gezien (of eigenlijk niet) en wist meteen hoe hij zich voelde. Heb je al eens op een festival rond etenstijd een lekker patatje willen halen? Voor vriend en ik is het een heuse persoonlijke uitdaging om dit voor elkaar te krijgen. Uiteraard wil iedereen dan een patatje. Geen sushi, pannenkoek of fruithapje (wat zo ook aanbieden daar). Nee, een vette hap. Daarbij is iedereen een beetje aangeschoten of dronken en daardoor wordt iedereen een beetje lomp.

Behalve mijn vriend. Die staat daar fatsoenlijk te zijn terwijl andere kerels op klompen roepen dat ze een hamburger speciaal willen. De vrouw van de frietkraam denkt geen keus te hebben, heeft toevallig nog een hamburger liggen en duwt de man (over de hoofden van alle wachtenden) zijn bestelling in handen. WHAT TH!#F%^!! Dat klopt niet mensen. Maar hebben wij het lef om er iets van te zeggen? Eh nee. Dan maar drie kwartiertjes wachten op een patatje speciaal. Wel een heeel speciaal patatje in ons geval.

 

Ik kan het gewoon niet over mijn beleefde hart verkrijgen om die mensen te corrigeren. Zo van: ik was eerst. Ik heb ’t wel eens met een piepstem en verontschuldigende lach geprobeerd, maar uiteraard werd ik niet gehoord of totaal genegeerd en dat zorgde voor nog meer ongemakkelijkheid en een bijzonder rood hoofd als eindresultaat. Om dat te voorkomen neem ik mezelf altijd maar voor dat ik ‘toch geen haast heb’ en dus iets langer (onterecht) wachten no problemo is.

 

Nu is het klaar! Ik ga op cursus. Wie geeft er zo’n cursus?

 

ehblog

En verder nog dit:

2 reacties

  1. Jaar te laat, maar ik heb je oplossing. Hier ben je klaar voor. Komt ie:

    Mister Bojangles.

    Zet maar op, ik wacht wel even.
    Staat ie aan? De Robbie Williams versie zeker? Hah, gelijk heb je.
    Goed, dat gefluit aan het begin. That’s it.

    1) Kom aanlopen bij de groentekraam/friettent.
    2) Zet ‘Mister Bojangles’-fluit in.
    3) De groenteman/frietvrouw kijkt in jouw richting. Dit maken ze niet vaak mee. Normaliter horen ze slechts norse Duitse orders en hamburgergeschreeuw.
    4) Maak oogcontact.
    5) “Hoi! :D”

    No way dat ze jou over gaan slaan.

    1. Twee maanden later. Dank je voor de tip, ik ga ‘m zeker uitproberen!
      Toch leuk dat ik een jaar later nog lezers heb. :’)

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *